3.2 Onderwijs en jeugd

Bij de kaderbrief 2021-2024 zijn voor onderwijs en jeugd middelen beschikbaar gesteld voor formatie leerplicht en preventie van schooluitval, de wettelijke NEA-index leerlingenvervoer en formatie handhaving kinderopvang.

Indexering van de begroting 2021.

Vanaf 1 januari 2019 worden de middelen voor onderwijshuisvesting gedecentraliseerd naar de samenwerkende schoolbesturen. Elke 4 jaar stellen PO- en VO-coöperaties een investeringsplan op. Op basis van het huidige investeringsplan 2019-2022 verwachten we sloop van een aantal panden. Indien daar nog een boekwaarde resteert, boeken we die volledig af. Dit leidt tot een incidentele afboeking van de resterende boekwaarde. De hiermee samenhangende lasten dekken we, conform raadsbesluit van 24 maart 2020, uit de reserve toekomstige vervangingsinvesteringen. Indien de sloop van een pand later plaatsvindt dan gepland, zal de afboeking van de boekwaarde ook later plaatsvinden. Mogelijk in een volgend boekjaar.

De gemeente en schoolbesturen van de Multifunctionele Accommodaties ICOON, de Laak, de Bron en de Zonneparel hebben definitieve afspraken gemaakt over beheer, exploitatie en eigenaarsonderhoud. Deze afspraken zijn vastgelegd in Schoolhuisvestingsovereenkomsten. Op basis hiervan int de gemeente ieder jaar de bijdrage voor eigenaarsonderhoud bij de schoolbesturen.

Vanaf 1 januari 2019 zijn de middelen voor onderwijshuisvesting gedecentraliseerd naar de samenwerkende schoolbesturen. Elke 4 jaar stellen onderwijshuisvestingscoöperaties een investeringsplan op. Op basis van het huidige investeringsplan 2019-2022 verwachten we sloop van een aantal panden. Indien daar nog een boekwaarde resteert, boeken we die volledig af. Dit leidt tot een incidentele afboeking van de resterende boekwaarde. De hiermee samenhangende lasten dekken we, conform raadsbesluit van 24 maart 2020, uit de reserve toekomstige vervangingsinvesteringen. Indien de sloop van een pand later plaatsvindt dan gepland, zal de afboeking van de boekwaarde ook later plaatsvinden. Mogelijk in een volgend boekjaar.

De afboeking van boekwaarden, zoals bovenstaand toegelicht, heeft tot gevolg dat voor de jaren na afboeking tot het einde van de oorspronkelijke afschrijftermijn een voordeel in de kapitaallasten ontstaat. Conform raadsbesluit van 24 maart 2020 storten we dit voordeel in de reserve toekomstige vervangingsinvesteringen.