1. Duurzame en groeiende stad

1.1 Stedelijk beheer en milieu

% onverhard oppervlak

Realisatie cijfers

Streefcijfers

2014

2015

2016

2017

2018

2019

2020

2021

2022

56

56,2

Bron:

Gemeente Amersfoort

De verhouding verhard en onverhard oppervlak in de openbare ruimte geeft inzicht in de mate van klimaatrobuustheid van de openbare ruimte. Hoe hoger het aandeel onverhard oppervlak, hoe makkelijker het is om regenwater op locatie te infiltreren. Dit is grotendeels openbaar groen, maar bestaat bijvoorbeeld ook uit halfverharding (grind- en waterdoorlatend substraat). Het is op dit moment de beste indicator om het vermogen van de stad te meten om als ‘spons’ te functioneren. Wel realiseren we ons dat de uitkomst sterk beïnvloed kan worden door de bouwopgave van de stad en dat deze opgave conflicterend is met de doelstelling om de stad te vergroenen en ontstenen. Voor meer informatie, zie de Duurzaamheidsrapportage Amersfoort 2020.

% scheiding huishoudelijk afval

Realisatie cijfers

Streefcijfers

2014

2015

2016

2017

2018

2019

2020

2021

2022

51

52

53

53

54

54

70

Bron:

Grondstoffenmonitor

Het afvalscheidingspercentage is de hoeveelheid afval die inwoners apart scheiden. Hoe hoger dit getal, hoe beter er gescheiden wordt. Het gaat met name om de volgende stromen: grofvuil, gft, grof tuinafval, papier, glas, textiel, kunststof (pmd), klein chemisch afval. Wat er over blijft is restafval. Er is geen streefcijfer voor 2021 vermeld, omdat dit in het najaar nog afgestemd wordt met de raad. Amersfoort doet daarnaast mee met de Benchmark huishoudelijk afval (een product van Rijkswaterstaat en de NVRD -  Vereniging voor afval en reinigingsmanagement voor gemeenten). De gegevens worden vergeleken met de prestaties van andere vergelijkbare gemeenten. Hierop is te zien dat gemeente Amersfoort het op dit moment gemiddeld doet. De benchmark is ook te vinden op de website www.benchmarkafval.nl. Voor meer informatie, zie de Duurzaamheidsrapportage Amersfoort 2020.

CO2 uitstoot wonen en werken

Realisatie cijfers

Streefcijfers

2014

2015

2016

2017

2018

2019

2020

2021

2022

475

499

493

472

448

Bron:

Rijkswaterstaat

De eenheid van de cijfers is kiloton CO2-equivalent. Het betreft, naast CO2, ook broeikasgassen zoals methaan, lachgas en bepaalde koelmiddelen. Het broeikaseffect van deze andere broeikasgassen is omgerekend naar het effect van CO2 (in zogenaamde CO2-equivalenten) om optelling van deze uitstoot mogelijk te maken. De cijfers zijn voor alle jaren iets gewijzigd ten opzichte van de cijfers in de begroting van 2020. Dit komt omdat Rijkswaterstaat voor sommige cijfers bijschattingen gebruikt op basis van historische trends. Elk jaar komen nieuwe gegevens beschikbaar, waardoor de historische trends en dus ook de bijschattingen veranderen.

Opgesplitst was de CO2 uitstoot van wonen in 2018 in totaal 216 kiloton (3 ton per huishouden); van werken was dit in totaal 232 kiloton (2,7 tot per werknemer).
In de benchmark met een selectie van een vijftal vergelijkbare steden uit de G40, is de CO2 uitstoot in Amesfoort en Breda voor wonen hoger dan de andere steden (Almere, Haarlem, Leiden, Zwolle).
Voor werken is de CO2 uitstoot in Amersfoort juist het laagste van de zes steden. Er zijn geen streefcijfers voor benoemd.
Voor meer informatie, zie de Duurzaamheidsrapportage Amersfoort 2020.

Energiegebruik wonen en werken

Realisatie cijfers

Streefcijfers

2014

2015

2016

2017

2018

2019

2020

2021

2022

5671

5759

5699

5699

5651

Bron:

Rijkswaterstaat, 2018

De eenheid van de cijfers is Terrajoules.
Opgesplitst in wonen en werken: het energiegebruik van wonen was in 2018 3.118 terrajoules (46,7 gigajoules per huishouden); voor werken was dit 2.533 terrajoules (32,7 gigajoules per werknemer). De cijfers zijn voor alle jaren iets gewijzigd ten opzichte van de cijfers in de begroting van 2020. Dit komt omdat Rijkswaterstaat voor sommige cijfers bijschattingen gebruikt op basis van historische trends. Elk jaar komen nieuwe gegevens beschikbaar, waardoor de historische trends en dus ook de bijschattingen veranderen. Voor meer informatie, zie de Duurzaamheidsrapportage Amersfoort 2020.
Er zijn geen streefcijfers voor benoemd.

Gasverbruik wonen en werken

Realisatie cijfers

Streefcijfers

2014

2015

2016

2017

2018

2019

2020

2021

2022

114

116

114

115

113

Bron:

Rijkswaterstaat

Dit cijfer is in miljoenen kubieke meter (m3).
Opgesplitst naar wonen en werken was het gasverbruik in 2017 73,9 voor wonen en 39,5 voor werken. Er zijn geen streefcijfers voor benoemd.
Voor meer informatie, zie de Duurzaamheidsrapportage Amersfoort 2020.

Hernieuwbare elektriciteit (%)

Realisatie cijfers

Streefcijfers

2014

2015

2016

2017

2018

2019

2020

2021

2022

2,5

3,8

4,3

5,5

Bron:

Klimaatmonitor Rijkswaterstaat

Deel van de elektriciteit die afkomstig is uit natuurlijke hulpbronnen die constant worden aangevuld, zoals uit wind, zon, waterkracht en biomassa. Er zijn nog geen cijfers beschikbaar over 2019. De cijfers verschillen van de cijfers die in de begroting voor 2020 waren opgenomen. De reden voor deze wijziging is dat Rijkswaterstaat de cijfers voor (o.a.) elektriciteit en warmte uit biogas voor alle jaren heeft aangepast. Dit hebben zij gedaan omdat zij in april 2019 van de Unie van Waterschappen bottom-up gegevens hebben ontvangen over hernieuwbare warmte en elektriciteit uit biogas van rioolwaterzuiveringsinstallaties. Deze vervangen de top-downgegevens die waren gebaseerd op de opgeselde vermogens. De indicator dient verplicht te worden opgenomen vanuit het rijk (Besluit Begroting en Verantwoording).  Er zijn geen streefcijfers voor benoemd. Zie ook www.waarstaatjegemeente.nl.

Opgewekte duurzame energie

Realisatie cijfers

Streefcijfers

2014

2015

2016

2017

2018

2019

2020

2021

2022

85

97

113

121

187

Bron:

Rijkswaterstaat

De eenheid van de cijfers is Terrajoules. Voor 2018 wordt gemiddeld per huishouden 2,8 gigajoules duurzame energie opgewekt.
Opgesplitst in Zonne-energie, Bioamassa en (hernieuwbaar) gas wekte Amersfoort in 2018 66 terrajoules zonne-energie op; 44 terrajoules biomassa en 77 terrajoules (hernieuwbaar) gas. De cijfers verschillen voor alle jaren van de cijfers die in de begroting voor 2020 waren opgenomen. De reden voor deze wijziging is dat Rijkswaterstaat de cijfers voor (o.a.) elektriciteit en warmte uit biogas voor alle jaren heeft aangepast. Dit hebben zij gedaan omdat in april 2019 van de Unie van Waterschappen bottom-up gegevens hebben ontvangen over hernieuwbare warmte en elektriciteit uit biogas van rioolwaterzuiveringsinstallaties. Deze vervangen de top-downgegevens die waren gebaseerd op de opgeselde vermogens.
In de benchmark met een selectie van een vijftal vergelijkbare steden uit de G40, is Amesfoort qua opwek van energie een middenmoter: Almere, Breda en Zwolle scoren hoger; Haarlem en Leiden lager. Als het gaat om zonne-energie behoort Amersfoort, samen met Almere en Zwolle tot de steden met een snel stijgende lijn qua opwek. Er zijn geen streefcijfers voor benoemd.
Voor meer informatie, zie de Duurzaamheidsrapportage Amersfoort 2020.

Deze pagina is gebouwd op 12/09/2020 13:28:21 met de export van 11/24/2020 14:10:26